Kies uw taal EoF

Extase van St. Gemma: 31-35

De extase van St. Gemma, een krachtig getuigenis van geloof

Extase 31

Hij ondergaat de doornenkroning met Jezus en vraagt ​​om kracht om zoveel pijn te verdragen. Ze is nederig en verbaasd als ze van Jezus hoort dat ze genoeg voor hem is. Als belofte van liefde vraagt ​​ze om nieuw lijden. Ondanks de dorheid die ze voelt, zal ze het gebed nooit opgeven (vgl. P. GERM. N. XII).

woensdag 2 mei 1900.

O Jezus!... O mijn Jezus!... Jij alleen, Jezus, kan begrijpen wat een pijn het is... O God!... Ja, jij alleen, Jezus... Jezus, jij alleen... O God! … mijn hoofd, Jezus!… Vergeef, Jezus, aan allen die u hebben gekroond… O God!… Jezus… kom op… Jezus, ik ga dood… Jezus, ik, ik ga dood… Mijn God!… .
En dan, Jezus, krijg je zo'n slechte wederkerigheid!... Jezus... ik wil niemand anders dan jij, ik wil niets anders dan jou... jij alleen, Jezus, en niets meer.
Wees gerust, Jezus, dat ik je nu niet langer zal verlaten... Is het mogelijk, Jezus, om niet van je te houden?... Moge de wereld komen met al haar misleidingen... nu, mijn Jezus, je ziet goed dat mijn liefde alles voor jou is en jouw verdriet.
Maar nu, Jezus, als je me zo achterlaat... Jezus, ik heb geen kracht meer, ik wil kracht, Jezus... Nog iets? Nog één ding: ik wil moed.
Dus je zegt dat er een zeer slechte toekomst voor mij aan het voorbereiden is?… Maar de toekomst ligt in de handen van God; dus ik ben niet ontsteld.
Jij hebt zoveel, maar ik heb niets... Ik heb niets, Jezus... dat jou tevreden kan stellen... Ik zou zoveel willen doen, Jezus... Jezus...
Oh Jezus... wil je me zo achterlaten? Ik heb je veel dingen te vertellen! Zie je niet, Jezus, dat ik jouw hart nodig heb om de liefdevolle hartslag van mij te luchten?... Jezus, hoe goed ben ik nu, moe van het lijden, rust dicht bij je hart!
Kun je me niet zien zoals ik ben?... Hoe wil je dat ik voor je kom? Ik heb niets voor je, maar ik heb veel dingen die je medelevend maken... Ze maken ook medeleven met je moeder...
Maar ja, Jezus, die is genoeg voor mij… Ik wil alleen jou, Jezus.
O Jezus, maar herhaal je deze woorden vandaag ook tegen mij? Maar dan, Jezus, ben ik genoeg voor U? Maar zie je niet, Jezus, hoe ik vol zonden ben en alleen maar kilheid heb?
Ik zou graag willen, Jezus... iets dat mij steeds meer met U zou verenigen: ik zou graag voor altijd helemaal de uwe willen zijn.
Jezus, zie je niet wat ik vandaag wil? Zie je niet wat ik je vraag?... Jezus, begrijp je me niet?... Jezus, ik wil dat je me laat zien dat je van me houdt. Andere keren, Jezus, toen je hem aan mij bekend wilde maken... [liet je me proeven] de wonden, de doornen. Hier ben ik voor jou, O Jezus... O God!... meer, meer, Jezus... meer, meer... Hier, Jezus... nu weet ik het, Jezus, nu weet ik het.. Dus Jezus, je wilt mijn lichaam niet meer ? Ik zou graag willen, ik zou graag willen, Jezus, ik zou zo graag willen… maar je weet hoe ver mijn kracht reikt.
O Jezus!... Nog iets dat ik je wil vertellen, O Jezus... als ik begin te bidden, voel ik geen hartstocht meer... niemand meer... O Jezus, ik heb geen hartstocht meer.
Maar ja, Jezus, ik bid ook. O, om moe te worden van het bidden, niet dit! Wat zou je dan zeggen? Wat zou je zeggen als je niet meer zou bidden?
Ja, elke keer als ik begin te bidden... Ja, ik zal altijd bidden. Jezus, wil je mij verlaten?…

Extase 32

Nadat ze de Heilige Communie heeft verlaten uit angst voor haar zonde, lijkt het alsof de duivel haar tot wanhoop wil verleiden. De Sint roept Jezus om hulp; ze belooft hem de Communie nooit meer te verlaten en smeekt hem nu in haar hart te komen (vgl. P. GERM. n. XVIII).

Donderdag 3 mei 1900.

Een hekel hebben aan! Nee... maar ik wil je niet... Mijn Jezus, help mij!... Maar jij niet... Ik wil je niet... Ik wil je niet... Oh, waar is mijn Jezus gebleven? Waar bent U, O Jezus?... Nee, nee... niet bij U... neem alles weg, neem alles weg... haal weg, neem weg... Jezus, ik kan mezelf niet langer redden, er is geen hoop meer...
Het is waar dat Jezus vanmorgen niet binnenkwam; maar jij past er ook niet bij,... Nee, ik wil je niet; Nee, ik wil je niet. Jezus, Jezus, neem het van mij weg; Jezus, ik beloof je dat je haar [communie] niet meer zult verlaten. Jezus, breng hem weg... weg... weg! Jezus, laat hem vandaag niet in een zonde vervallen.
Maar hoe, Jezus, laat U toe dat de duivel in uw plaats komt? Kom, Jezus, in mijn hart, want ik verlang naar U. Wees snel, Jezus... wees snel, Jezus, want mijn hart wil je. Haast je; Of zie je hoe hij lijdt? Haal die leugenaar van me af...
Jezus, schiet op, wat. komt hij niet... Schiet op... Of waar ben je heen?... Schiet op, schiet op... Je begrijpt niet, Jezus, hoe. heb ik last? O Jezus, waar ben je?... Ben je ver weg, Jezus?... Schiet op... Jezus, o waar ben je gebleven? of zie je het?... Kom, Jezus: ik wil jou; neem die leugenaar van mij weg... haal hem weg... O Jezus, waar bent u?... Ziet u hem niet? hij wil mij in zonde laten vallen...
Negende; omdat er Jezus in mijn hart is. Kom, Jezus. Kom nu hij er niet is. Kom, Jezus, schiet op... schiet op, Jezus; Zie je niet hoeveel ik lijd? Ik wil jou, Jezus; Ik wil niets anders dan jij... Of waar ben jij, Jezus, vandaag?... Waarom laat je mij zo achter?... Het is waar, ik was de eerste die je verliet, maar ik wil jou; verlaat mij niet, Jezus, vandaag; negende.
Ik ga met Jezus mee... O Jezus, bent u niet altijd mijn hoop geweest?... Ik zal de Communie niet langer verlaten; kom... kom, Jezus; Ik zal haar niet meer verlaten.
Ga weg; Ik wil Jezus altijd een plezier doen; ga weg. Je bent gelukkig omdat ik je gelukkig heb gemaakt, maar [niet] meer…
Waarom laat je mij vandaag zo alleen, Jezus?... ja, ik verliet jou eerst, maar ik zal je niet meer verlaten. Kom... Jezus, schiet op. Ren, ren, Jezus; waar ben je?...Jezus, waar ben je? Kom, mijn Jezus, kom...
Kom dichterbij, Jezus... Mijn hart wil jou, weet je, Jezus; hij wil je... Kom, Jezus: zie je niet hoe hij je wil? Kom, schiet op... kom, Jezus, kom... Jezus, ik was degene die je het eerst verliet, maar ik zal je niet meer verlaten; Jezus, kom, kom dichterbij, laat mij uw stem weer horen...
Ik verzette me, Jezus, ik verzette me, maar ik leed. Ik hoorde vanmorgen de uitnodigingen, ik hoorde alles, maar... O Jezus, heb je het vanavond gezien? Hoe moest ik je ontvangen?... Dus Jezus, vergeef mij; kom, kom nu in mijn hart, Jezus... kom op, Jezus... Het is van jou, kom, mijn hart, het is helemaal van jou; maar het is koud en zwaar.
Maar kunt u niet zien, Jezus, hoeveel ik lijd? laat mij het nog eens in mijn hart voelen, want dan ben ik gelukkig. Of niet, zie je hoe mijn hart wegkwijnt? Alle ellende haalt mij neer, vooral die van gisteravond... Kom, Jezus, kom nu in mijn hart.
Maar ik verliet jou, Jezus, omdat ik geloofde dat ik gezondigd had...
Ik voelde alles wat je door mij heen bracht; maar ik kan het niet geloven. Zie je, Jezus, als de Belijder het mij had verteld, zou ik het hebben gedaan; maar hij zelf vertelt me ​​dat ik mezelf niet kan vertrouwen. Kom, Jezus...
Dus Jezus, je hebt mij nog niet vergeven? Als je niet komt, zal ik vanavond opnieuw met je moeten vechten. Ik vind het helemaal niet erg [de gevechten]; Maar ik ben altijd bang om je te beledigen. Maar Jezus, ik zal je niet verlaten, ik zal je niet meer verlaten... Kom... Maar vind je het niet jammer om mijn hart zo te zien wegkwijnen door dit verlangen? Een hekel hebben aan!…

Extase 33

Ze vraagt ​​de hemelse Moeder om Jezus aan haar terug te geven en de duivel op de vlucht te jagen (vgl. P. GERM. nn. III en XIII).

Zaterdag 5 mei 1900.

Mijn hemel... hier is een moment van rust, na een hele nacht vol contrasten... Ik ben vandaag in de war als ik voor je verschijn. Mijn zonden zijn boven mezelf uitstijgen... Je komt naar mij toe, en in plaats daarvan zou je je voor mijn zonden moeten afwenden.
Je moet vrede sluiten tussen Jezus en mij... Andere keren, mijn mama, kon je Jezus tegenhouden, toen hij op het punt stond mij in de steek te laten, en je hield hem tegen; plaats jezelf nog steeds tussen Jezus en mij… O Moeder, moge U de vrede tussen Jezus en mij herstellen… Vertel Jezus dat ik gehoorzaamder zal zijn.
Ik zag, ik zag alles... Moeder van genadeGa Jezus zoeken en breng hem bij mij terug.
Dus ik wil Jezus niet langer hebben?… O God!… Mijn moeder!… Mijn moeder, laat mij niet in de steek. O God, wat voel ik!... Mijn hemel, wat voel ik! In godsnaam!... O God! Verlaat je me?... ga niet weg, mijn mama: wie zal me op dit moment helpen?... Mijn mama... laat me niet in de steek...
Of wat voel ik vandaag in mezelf?... O mijn mama, ik ben bang vandaag, ik ben bang, omdat ik je zie weggaan... Nee, nee, volg de bevelen van Jezus niet op. Dan wil ik graag...
Mijn moeder, ben jij degene die mij vandaag in de handen van de duivel geeft? ... Wat, geef jij mij vandaag zelf aan de duivel? Hoe zal ik het doen?
Maar [voor] gisteren werd ik gisteravond niet gestraft? En nu?... Mijn moeder, ik beken voor je: Mijn moeder, een beetje boosheid vanmorgen... maar slechts enkele ogenblikken, Mijn moeder, ik was er niet in mezelf... Ga niet weg: ik ben bang … Ik ben bang; Mijn moeder, verlaat me niet... laat me niet meenemen... O God, wie is dit?... Kom, ga, iedereen gaat weg!...
Is Jezus ook weg? wat!... Nee... niet met jou... ga weg, ga weg!... Mijn hemel... nee, nee!... En ga weg, ga weg, ga weg!...
O mama! Ik bel mijn mama. Of zie je mij niet, Mama Mia, zie je mij niet? Waar, waar... [ging Jezus heen]? Mijn hemel, vind het, laat het gevonden worden.

Extase 34

Ze voelt zich blij om bij Gestì te blijven, ook al is ze het niet waard; ze kan niet begrijpen hoe hij haar haar vreugde kan noemen. Ze houdt van het kruis, ze verlangt naar het paradijs (vgl. P. GERM. N. XII).

Zaterdag 12 mei 1900.

O Jezus, O Jezus!... Jezus, laat mij mijn hart luchten. Jezus... Mijn Jezus!... Na een lange tijd, O Jezus, vandaag lach ik met je mee... Jezus, verlaat me niet meer. Als je weggaat, Jezus, wil ik mee, ik wil met je mee... Jezus! wat een geluk bij het uitspreken van dit woord! Jezus, mijn Jezus! Wanneer zal het zijn, O Jezus, dat ik mij met U kan verenigen en nooit meer kan scheiden?… Verbreek snel deze keten die mij verenigd houdt met mijn lichaam; mag je niet meer zo lijden als je wegloopt, Jezus… Wanneer zal het zijn, o Jezus?
Jezus, ik kan niet dichtbij je komen; Zie je mij niet, zie je mij niet, Jezus, hoe ben ik? O Jezus, ik heb u beledigd; Jezus, ik heb je zo erg beledigd; Mijn hart is niet meer zo puur als jij het mij gaf. O Jezus, maar als U mij dit leven gaf...
Maar ben ik jouw liefde waard? Zeg het niet, Jezus... Ik kan het niet zijn, Jezus, jouw vreugde: kun je niet zien, Jezus, hoe ik ben? O Jezus, maar ik ben misleid; Ik heb het mis, Jezus.
Jezus, nee, mijn hart is vol gedachten en genegenheden, maar van deze aarde... Mijn gedachten, kom, jullie komen allemaal naar Jezus. Ja, Jezus, vanaf dit moment bent U de Meester van al mijn gedachten.
Ik houd van het kruis, alleen van het kruis; Ik hou van het kruis, omdat ik het altijd op je schouders zie.
Kunt u mij niet zien?... O Jezus, wanneer zal ik in staat zijn naar U toe te komen en mij nooit meer te scheiden?... Jezus, Jezus, verlaat mij niet: ik heb U zoveel te vertellen. Jezus, ik wil met je mee.

Extase 35

Hij bidt en biedt zijn leven aan als een offer om genade te verkrijgen voor een persoon die hem is aanbevolen (vgl. P. GERM. N. XVI).

Dinsdag 14 mei 1900.

Ik bid, Jezus... Zie je, Jezus: ze hebben hun toevlucht tot mij genomen, maar misschien weten ze niet wie ik ben, in de hoop iets te verkrijgen. Dit ook, Jezus? Geef het hem, Jezus, geef hem die genade. Als het voor jou nodig zou zijn dat ik een offer zou brengen om haar een plezier te doen... laat mij dan in mijn ellende, maar troost haar. Ik voel, Jezus: laat mij altijd in de verdrukking, zolang zij leeft... O Jezus, maar zeg mij: wie weet hoeveel U van haar houdt!... Dus Jezus, troost haar. Zie je, Jezus, ik heb je vandaag veel dingen voor mij te vragen, en ik zal je niets vertellen: vandaag alleen voor haar.
Maar weet U niet, Jezus, dat er woede is? Hij wil haar meteen.
Maar jij, Jezus, moet deze dingen weten. Het maakt mij niet uit, Jezus, om te weten [de genade waar Hij om vraagt]; het is voor mij genoeg om het te verkrijgen, mijn Jezus, ik gehoorzaamde alleen door voor haar te bidden; Ik kende haar onmiddellijk, Jezus, die een ziel was die je zo dierbaar was.
Je hebt gelijk als je zegt: wat is er mis met haar…? Doe haar dan een plezier. Jezus, ik leg alles in jouw handen; maar doe het, doe het. Of als ik kon weten dat ze het snel kreeg! Vertel me iets; Weet je niet dat ik moet antwoorden?
Je hebt gelijk... je dicteert mij, zoals je al vaker hebt gedaan.
Mijn Jezus, vandaag wil ik je iets vertellen. Ze is iemand die ik je nooit heb aanbevolen; vandaag voel ik echt de plicht om het u aan te bevelen. Jezus, dit is de eerste keer dat ik het je aanbeveel. Jezus… ik raad het je aan; Beloon haar voor alle zorg die ze voor mij had. Jezus, ik beveel mevrouw Cecilia bij u aan. Heb je in de lange tijd dat ze mij kent gezien hoeveel verdriet ze namens mij heeft gehad? … Zelfs van een afstandje laat ze zien dat ze op mijn slechte gebeden vertrouwt; zelfs van veraf laat hij altijd zien dat hij gelooft in de spelletjes van mijn verbeelding…. Kom op, Jezus, ik zou op de een of andere manier mijn dankbaarheid en dankbaarheid willen tonen; maar ik weet niet hoe ik het moet doen. Zij raadde mij die dame aan: behaag haar dan alstublieft. O Jezus... geef haar die genade; je ziet hoe gretig hij het mij vraagt. Gelieve ze allebei. Houd mij zo diep in vernederingen; op dit moment voel ik de kracht... maar zijn ze gelukkig, ik vraag U... Zeg mij, Jezus, wat moet ik doen om deze genade te verkrijgen? Ik weet niet of het zo'n grote genade is... Maar als je het offer van mijn leven nodig had, dan is het hier... Ik zou er klaar voor zijn... En als het nog steeds nodig was dat ik nog in leven moest blijven... Maar ik zou het niet nemen mijn eigen leven is het opoffering, het is genade. Jezus, ik weet niet meer wat ik je moet aanbieden, ik weet niet meer wat ik je moet zeggen. Wees blij met haar, Jezus, en houd mij in verdrukking zolang ik leef. Vanaf dit moment doe ik afstand van alle plezier; dat het leven een voortdurend offer is; mag je mijn pijn vergroten; Moge u mijn vernederingen vergroten.
Jezus, nog één ding: verhoog het kruis voor mij, breid het uit naar mij, Jezus… Jezus, ik heb de moed om U alles te vragen… Ik zou U nogmaals willen vertellen dat ik, om deze [genade] te verkrijgen, nog steeds de opoffering om iemand anders te zijn zonder naar het klooster te gaan; maar ik kan dit niet zeggen.
Er komt er nog iets in je op… Jij: bedoel je over wie ik wil praten… Alles, alles… Jezus…

Luister naar de Ecstasies of St. Gemma Podcast

Andere klanten bestelden ook: